Recreatie en beleving
Om de gevoeligheid te testen van de resultaten die bekomen worden op basis van de voorgaande waarderingsfuncties en om een alternatief te voorzien wanneer deze niet bruikbaar zijn, waarderen we in deze paragraaf de verschillende culturele diensten apart. We maken hierbij een onderscheid tussen de belevingswaarde voor recreanten en toeristen, omwonenden en de niet-gebruikswaarde.
Beleving van recreanten en toeristen​
Beschrijving​
Eén van de belangrijkste diensten van groene open ruimte is recreatie en toerisme. We beschouwen hier de bezoeken van maximaal één dag als recreatie en de bezoeken met minstens één verblijf als toerisme.
Deze handleiding betreft verschillende vormen van recreatie en toerisme. Het omvat naast specifieke natuurgerichte activiteiten (vogelkijken, natuurstudie, ...) ook de zogenaamde zachte, informele recreatie (wandelen en fietsen) en specifieke activiteiten zoals spelen, lopen, mountainbiken, zwemmen, varen, jagen en vissen.
Er zijn uiteenlopende motieven voor een bezoek, namelijk ontspanning en herstel, sociale motieven (er op uit met familie en vrienden) en in mindere mate specifiek natuurgericht (Goosen 2003). Het hoofdmotief van activiteiten als jagen en vissen is hier ontspanning en niet het verkrijgen van goederen als wild en vis. In dat geval zouden de diensten gecatalogeerd worden onder de producerende diensten.
Benodigde inputgegevens:
- scores voor relief, cultuurhistorische kwaliteit, geluidsverstoring, horizonvervuiling (voor bepalen van de scores, zie De Nocker, Verachtert et al. 2016)
- landgebruik in het gebied
- padendensiteit
- mate dat paden deel uitmaken van een netwerk of route
- recreatieve faciliteiten zoals zitbanken, infoborden, bezoekerscentra…
- aantal wandelaars, fietsers, mensen die met voortransport komen en toeristen in het huidige gebied.
Deze gegevens worden in de tool allemaal van voorberekende kaarten gehaald.
Methode​
De methode opgenomen in het model is een vereenvoudiging van de methodiek die ontwikkeld werd door VITO (De Nocker, Verachtert et al. 2016). In het model worden vier types van recreatie (= wandelen, fietsen, recreatie met voortransport en bezoeken door toeristen) berekend binnen Vlaanderen en wordt het aantal bezoekers toegewezen aan de verschillende groengebieden (aaneensluitende natuur en landbouw) in het projectgebied. Hierbij wordt rekening gehouden met de aantrekkelijkheid van het landschap en de grootte van de groengebieden binnen het gebied en rondom rond (aanbod) als ook het aantal potentiële recreanten in de omgeving (vraag). Door vraag en aanbod met elkaar te combineren, rekening houdend met de aantrekkelijkheid van de andere omliggende gebieden en bepaalde afstandsrelaties, wordt een schatting gemaakt van de levering van recreatie in het gebied.
Voor meer uitgebreide informatie wordt er doorverwezen naar het rapport uitgegeven door VITO (De Nocker, Verachtert et al. 2016).
Kwalitatieve waardering​
De kwalitatieve waardering is een score op basis van de aantrekkelijkheid en de inrichting van het gebied voor recreatie.
Hierbij worden een reeks factoren in rekening genomen die het landschap aantrekkelijker of minder aantrekkelijk maken voor recreatie. De berekening vertrekt vanuit een basisscore op basis van het landgebruik, waarna er een reeks positieve (aanwezigheid water, cultuurhistorische waarde, biodiversiteit…) en negatieve effecten (horizonvervuiling, geluid…) mee in rekening worden genomen.
Aanvullend wordt er ook rekening gehouden met de inrichting van het gebied: Hoeveel paden zijn er aanwezig? Zijn ze bewegwijzerd? Zijn er recreatieve faciliteiten zoals informatieborden, zitbanken of een bezoekerscentrum?
De grootte van deze effecten werd berekend door VITO op basis van eigen onderzoek naar preferenties van recreanten en literatuur.
De volgende formule wordt gebruikt voor de aantrekkelijkheid van het landschap:
Basisscore= % natuur, bos en water x 0.1 + % landbouw x 0.05 + % stedelijk x 0
Positieve en negatieve effecten:
Basisscore x (0.1 indien water + score voor soortenrijkdom + score voor diversiteit landschap +score voor reliëf + score voor cultuur-historische waarde –score voor horizonvervuiling –score voor geluid)
Deze scores zijn af te lezen van inputkaarten in de Natuurwaardeverkenner webtool.
De score voor de inrichting van het landschap wordt berekend op basis van de huidige padendensiteit berekend door VITO en aanpassingen aan het gebied (zie tabel) en de faciliteiten die er zijn of worden aangelegd (zie tabel).
Wijziging padendensiteit in toekomstige gebied en invloed op de score
Verandering padendensiteit | Daalt sterk (--) | Daalt (-) | Zelfde (0) | Neemt toe (+) | Neemt sterk toe (++) | % bewegwijzerd of deel van routenetwerk van paden die verdwijnen of bijkomen. |
---|---|---|---|---|---|---|
Aantal paden | -0.2 | -0.1 | 0 | +0.1 | +0.2 | -0.1% Of +0.1% |
Antwoord op de vraag in welke mate recreatieve faciliteiten aanwezig zijn
Antwoord | Score |
---|---|
Geen (als geen van de faciliteiten wordt aangeduid) | 0 |
Beperkt (als max 2 van lijst aangeduid, behalve bezoekerscentrum) | 0.1 |
Ruim (indien tussen 3 en 6 van lijst aangeduid, behalve bezoekerscentrum) | 0.3 |
Uitgebreid (bezoekerscentrum of >6 andere) | 0.5 |
Deze scores worden berekend voor zowel het huidige als het toekomstige gebied. Een gemiddelde van de aantrekkelijkheidsscore en de inrichtingsscore wordt gemaakt om de uiteindelijke kwalitatieve waardering te bepalen.
Kwantitatieve waardering​
Voor de kwantitatieve waardering wordt het totaal aantal bezoeken per jaar geschat voor een gebied.
Dit aantal bezoeken wordt ingeschat op basis van volgende factoren:
- De aantrekkelijkheid en inrichting van het gebied
- Omvang van het volledige groengebied waarvan het geselecteerde gebied deel uitmaakt.
- De bevolkingsdichtheid en het gemiddeld aantal bezoeken per persoon per type recreatie (zie tabel)
- Andere groengebieden in de omgeving.
- Afstand van de bevolking tot het gebied.
Op basis van deze kenmerken werd via een herverdelingsmodel een verdeling van het aantal bezoeken over alle groengebieden in Vlaanderen gedaan. Deze kaarten worden in de Natuurwaardeverkenner gebruikt om het huidig aantal bezoekers in te schatten. Het toekomstig aantal bezoekers wordt verhoudingsgewijs ingeschat op basis van wijzigingen in de aantrekkelijkheidsscore en de inrichting.
Tabel: Gemiddeld aantal bezoeken per inwoner per jaar per type activiteit
Type activiteit | Max Afstand (km) | Bezoeken/inw.jaar (Vl) |
---|---|---|
Lokaal wandelen | 5 | 20 |
Fietsen | 20 | 10 |
Bovenlokaal met voortransport | 100 | 5 |
Bovenlokaal buitenland | nvt | nvt |
Totaal per inwoner | 35 | |
Toeristen met overnachting | 2.1 |
Monetaire waardering​
De monetaire waardering wordt afgeleid door het aantal geschatte bezoeken (kwantificering) te vermenigvuldigen met een waarde per bezoek. Voor een schatting van de maatschappelijke baten van recreatie kijken we naar de extra welvaart en welzijn voor de recreant per bezoek.
De economische recreatiewaarde is een indicator voor de baten (welvaartswinsten) die mensen ondervinden van hun bezoek aan de open groene ruimte, en ze weerspiegelen de redenen voor het bezoek (bijv. mentale rust en ontspanning, een fysieke activiteit en uitdaging, natuurbeleving). Deze waarde is bepaald op basis van een gemiddelde schatting uit de (internationale) literatuur, waarbij we verder rekening houden met de duur van een bezoek en de afstand tot de woonplaats.
Er is een brede set van studies beschikbaar over de welvaartswaarde van een bezoek aan groene ruimtes voor de recreant. Deze studies hanteren grosso modo twee methodes. In een eerste benadering wordt de waarde die de recreant hecht aan een bezoek afgeleid uit de kosten en inspanningen die hij hiertoe levert, met name het “opgeven” of “investeren” van vrije tijd en eventuele verplaatsingskosten (reiskostenmethode). In een tweede benadering wordt aan mensen gevraagd hoeveel zij zouden willen betalen om bijvoorbeeld een wandelbos in hun omgeving aan te leggen. De exacte waarde per gebied hangt af van een reeks factoren, waaronder bevragingsmethodiek, type natuur, type recreatie, duur van het bezoek, inkomensniveau etc.
Voor ECOPLAN volgen we de aanpak uit de UK NEA-studie (Bateman et al., 2014). Hierbij is de waardering van bezoeken gebaseerd op een recente meta-analyse van 250 studies wereldwijd naar de waarde van een bezoek aan bos of natuurgebied (Sen, 2011). Verder vergelijken we deze aanpak met gegevens uit andere studies en een eigen ruwe schatting op basis van de verplaatsingskosten en tijdsbesteding. De gemiddelde waarde voor een bezoek is dan 4,4€/bezoek met een bandbreedte tussen 3€ en 9€.
Omdat we in deze methode ook onderscheid willen maken tussen lokale (frequente, relatief korte bezoeken aan open groene ruimte vlakbij de eigen woning, zowel wandelen als fietsen) en de bovenlokale bezoeken (langere bezoeken, meestal met voortransport) en hiermee in de bovenstaande literatuur geen rekening werd gehouden, maken we zelf een inschatting op basis van de verwachte duur en afstand van het bezoek.
We merken op dat gezinnen in de omgeving (tot +/- 1 km) van een toegankelijke, groene ruimte naast reiskosten ook een meerprijs betalen bij de huur of aankoop van een woning om in de nabijheid van dergelijk gebied te wonen. Om risico op dubbeltelling te voorkomen, wordt deze meerprijs niet apart meegenomen of berekend. We nemen wel de meerprijs voor woningen met zicht op groene ruimte afzonderlijk mee omdat dit vooral gaat over visueel genot en dus verder gaat dan recreatie (zie verder).
Uitgangspunten​
- Bij een herinrichting van het gebied kunnen specifieke ingrepen maken dat verschillende groengebieden met elkaar verbonden worden. Dit heeft in principe een impact op de grootte van het groengebied en dus op de aantrekkelijkheid met betrekking tot de gebiedsinrichting. Er is geen herberekening van de groenclusters voorzien. Effecten van specifieke ingrepen die als doel hebben om groengebieden (natuur en landbouw samen) te vergroten of met elkaar te verbinden kunnen dus maar in beperkte mate worden berekend. .
- Voor wandelen wordt de bevolking geëvalueerd tot op een afstand van 5 km van het projectgebied. Voor bovenlokale recreatie loopt deze afstand dan op tot een maximale afstand van 100 km of tot aan de Vlaamse grens. Recreatie en toerisme vanuit de grensgebieden (met uitzondering van Brussel) worden niet meegenomen.
Te gebruiken cijfers​
Tabel: kengetallen voor waardering van een bezoek (€/bezoek)
Activiteit | Waarde (€ /bezoek ) |
---|---|
Ommetje, wandelen | 1,5 € |
Fietsen | 3 € |
Bovenlokale bezoeken met voortransport | 12 € |
Toerisme | 12 € |
Bron: eigen inschatting VITO op basis van literatuur
Vertaling naar een indicator​
Het aantal bezoeken aan een gebied spreekt voor zichzelf. We vertalen dit ook verder naar wat dit betekent voor de recreatie/horecasector in de omgeving door de bestedingen die recreanten maken te vertalen naar aantal jobs die in de sector hierdoor worden gecreëerd.
Tabel: Gemiddelde bestedingen per bezoek per recreatietype.
Activiteit | Bron | €/bezoek |
---|---|---|
Lokaal wandelen | NPHK, 2009 | 3 |
Korte fietstochten | Prov. Antwerpen | 8 |
Daguitstappen | Toerisme Vlaanderen | 18.6 |
Verblijfstoerisme | Toerisme Vlaanderen | 57 |
Gewogen gemiddelde | 8.35 |
Deze bestedingen zorgen voor 15,37 voltijdse equivalenten (VTE) per miljoen bestedingen.
Een voorbeeld​
Een gebied van 50 ha landbouwgebied in West-Vlaanderen wordt voor 10 ha bebost. Langs het gebied loopt een bewegwijzerde fietsroute. Doorheen het gebied lopen landbouwwegels. In het ganse gebied worden er zitbanken geplaatst en informatieborden over lokale fauna en flora en over het cultuurhistorische belang van het landschap.
Kwalitatieve waardering
We bevragen de verschillende inputkaarten voor recreatie om te kijken welke factoren een invloed hebben op de aantrekkelijkheid van het landschap. De basisscore voor het huidige gebied is 100 x 0.005= 0.5 Die voor het toekomstige gebied is 20 x 0.01+80 x 0.005=0.6
Opslagfactoren: Basisscore x (0.1 indien water + score voor soortenrijkdom + score voor diversiteit landschap +score voor reliëf + score voor cultuur-historische waarde +score voor horizonvervuiling –score voor geluid)
- Er is geen water in het gebied dus hiervoor geen opslagfactor
- Score voor soortenrijkdom: het gebied kent nu geen hoge soortenrijkdom maar er worden wel maatregelen genomen om deze te verhogen: 0,1
- Diversiteit aantal ha bos/aantal ha niet stedelijk: huidig=0 ; toekomstig =0,2 Opslagfactor huidig= 0; opslagfactor toekomstig= 0,06
- Score relief: er is geen reliefverschil:0
- Het gebied kent een zeker cultuur-historische waarde. Op de door VITO geproduceerde inputkaart vinden we een score van 0,02
- Score horizonvervuiling: op de kaart van VITO vinden we een score van -0,03
- Score geluidsniveau: op de kaart van VITO vinden we een score van 0,1
De totale aantrekkelijkheidsscore huidig =0,5+0,5 x (0+0+0+0+0,02-0,03-0)=0,45
De totale aantrekkelijkheidsscore toekomstig= 0,6+0,6 x (0+0,1+0,06+0+0,02-0,03+0,1)=0,75
De maximale score die hier mogelijk is, is 2,75. Om de score te normaliseren delen we de scores door deze waarde: huidig=0,16; toekomstig= 0,27
We vinden een padendensiteitsscore op de VITO kaart van 0,3. Hier wijzigt niets aan omdat de huidige paden behouden blijven.
Er zijn momenteel geen recreatieve faciliteiten in het gebied (score 0). In de toekomstige situatie worden er zitbanken en infopanelen geplaatst (score 0+0.1).
Totale score voor recreatieve faciliteiten huidig= 0,3
Totale score voor recreatieve faciliteiten toekomstig= 0,4
De total kwalitatieve score huidig = (gemiddelde van 0,16 en 0,3) x 9+1= 3
De totale kwalitatieve score toekomstig = (gemiddelde van 0,27 en 0,4) x 9+1=4
Kwantitatieve waardering
Het huidig aantal bezoeken op basis van de recreatiekaarten wordt ingeschat op :
300 lokale wandelbezoeken
100 lokale fietsbezoeken
50 bovenlokale bezoeken
30 bezoeken door toeristen
Door de bebossing en extra faciliteiten wordt het gebied aantrekkelijker voor recreatie. Het aantal bezoeken wordt ingeschat op:
300 x 4/3= 400 lokale wandelbezoeken
100 x 4/3= 133 lokale fietsbezoeken
50 x 4/3= 67 bovenlokale bezoeken
30 x 4/3= 40 toeristen
Dit is een toename van ongeveer 160 bezoeken.
Monetaire waardering
100 x 1.5€/bezoek + 33 x 3€/bezoek + 17 x 12€/bezoek + 10 x 12€/bezoek= 573€ per jaar
Indicator Extra jobs door de bebossing: (160 x 8,35€/bezoek/1.000.000€ x 15,37 VTE/mio €= 0.02 jobs